Project 54 | Jellie Klaster | Beeldeninstallatie | |
|
Familiefoto’s zijn de bron van dit werk. Het zijn de foto’s van mijn vader die hij maakte in voormalig Nederlands Nieuw Guinea (Papoea). Hij wilde niets over deze geschiedenis vertellen maar de foto’s lagen gewoon los in de kast in huis. Die dubbele boodschap wekte steeds weer mijn nieuwsgierigheid op. Als kind probeerde ik het verhaal van mijn vader uit de foto’s te trekken. Maar al wat ik erop zag afgebeeld waren rustige taferelen van de Mariniers tijdens hun vrije uren en van Papoea’s die wel wilden poseren. Familiefoto’s kunnen gezien worden als ankerpuntjes die leiden naar familieverhalen en geschiedenissen die iets kunnen vertellen over de identiteit van het gezin en van de individuen in het gezin. Na mijn vaders dood gebruikte ik de foto’s als richtlijn om zijn sporen na te gaan. Ik zocht de mannen die samen met hem in Nieuw Guinea dienden. Ook bezocht ik de plekken die op de foto’s staan afgebeeld in Papoea. Daar sprak ik mensen die mij over de aanwezigheid van de Mariniers in Nieuw Guinea konden vertellen. Veel kwam ik te weten en toch kreeg ik steeds minder vat op de persoonlijke geschiedenis van mijn vader. Ik besefte dat ik, ondanks dat de foto’s in mijn bezit waren, nooit te weten zou komen hoe hij zijn verblijf als Marinier daar ervaren had. Dat besef spoorde me aan om nieuwe beelden te maken. De beelden van touw zijn afwezige vaders die hun plek in de ruimte weer opeisen. Ze verwijzen ook naar de dodenmaskers van de Papoea’s die gebruikt worden als rituele attributen om hun overleden naaste te herdenken. De blauwe jurk maakte ik van de overhemden van mijn vader. Eerst fotografeerde ik ze met een technische camera. vervolgens heb ik de onderdelen van elkaar getornd en ze daarna op maat voor mijzelf aan elkaar genaaid.
|
|