Gabrielle Kroese Kijk ook eens omlaag!




 Bleekgeel, steenrood en donkergrijs





een gestileerde golfbeweging,
die door de hele gang heen zigzagt





Ook kunnen de deurmatten
de aandacht trekken
van toevallige
voorbijgangers

Kijk ook eens omlaag!


De Rode Loper, 1999
Kunstenaar: Gabrielle Kroese
Plaats: Brandgangen in de West-Indische buurt, tussen de Bonaire- en de Arubastraat, de Coranthijne- en de Marowijnestraat, en de Saba- en de Sint Eustatiusstraat.
Betonklinkers, drie delen, elk 50 meter lang en bijna anderhalve meter breed.



Als kind tuurde ik op het schoolplein omhoog. Ik keek naar de wolken, die langs het dak dreven. Ik stelde me voor dat die wolken eigenlijk stil stonden, terwijl het hele schoolgebouw, als een groot schip, naar een verre, betere wereld voer.




Na school, onderweg naar huis, keek ik juist omlaag, naar de stoeptegels. Sommige waren donkerder dan andere. Dat waren eilanden in de oceaan. In vier stoeptegels zag ik bijvoorbeeld Brittannië: twee naast elkaar, één erop en daar nog één schuin bovenop. De hele wijde wereld lag zo onder mijn voeten.


Reusachtige fietsenhouder

Ik was dan ook erg benieuwd toen iemand mij hier in Groningen op net zoiets wees, maar dan een rivier. Die kronkelt in de West-Indische buurt, verstopt achter de rijtjeshuizen die daar in de jaren negentig zijn neergezet. Het zijn piepkleine huurwoningen. Bijna was ik ooit in één ervan gaan wonen, maar ik kon er de bank van mijn grootvader niet kwijt. Op de gevels hebben de architecten gespeeld met kleur: bleekgeel, steenrood en donkergrijs, elk in combinatie met wit. Daardoor ontstonden grote vlakken op de gevels. Als entree naar de brandgangen bedachten ze smalle poorten van bijna vijf meter hoog, als een reusachtige fietsenhouder. De drie brandgangen lopen kaarsrecht van de ene poort naar de andere.

De woningbouwvereniging, toen Volkshuisvesting, vroeg kunstenaar Gabrielle Kroese om iets met die zes poorten te doen. Misschien dachten ze aan een schildering of een reliëf naast de opening, of er bovenop, maar dat leek de kunstenaar geen goed idee. De toegangen zijn op zichzelf immers al markant aanwezig. Door hun afmetingen en strakke vorm hebben ze genoeg aan zichzelf, in de weloverwogen en strak uitgedachte gevels.


Deurmat

Gabrielle Kroese wilde iets anders te doen. Ze vond de lange brandgangen, waardoor je van de ene naar de andere straat kunt kijken, heel opvallend. Ze besloot om die te benadrukken met een stenen loper. Elk van de drie lopers kreeg een eigen patroon, gemaakt in vier tinten betonklinkers van ruim 20 bij 10 cm. En voor elke toegang bedacht ze een stenen deurmat. De bewoners kunnen zo hun eigen toegang herkennen en er zich warm onthaald voelen. Ook kunnen de deurmatten de aandacht trekken van toevallige voorbijgangers.

Voor de gang tussen de Coranthijne- en de Marowijnestraat ontwierp de kunstenares een gestileerde golfbeweging, die door de hele gang heen zigzagt. De Coranthijne- en Marowijnerivier zijn de grensrivieren van Suriname. Die golfbeweging kun je, net als de meanders tussen de Bonairestraat en de Arubastraat, overal tegenkomen, bijvoorbeeld op Grieks aardewerk en op gebouwen uit allerlei perioden. Het is leuk om te zien dat decoratie, die de laatste eeuw langzaam uit gebouwen is weggepest, terugkeert op de grond.


Stratenmakers

Het was bijzonder voor Gabrielle Kroese om met stratenmakers samen te werken. Ze had zich nog nooit in die wereld begeven. Ze legden de patronen steeds vanuit het midden, zodat de uiteinden op dezelfde manier bij de deurmat werden afgebroken. Het budget was overigens niet voldoende, maar doordat iedereen het werk voor wat minder deed kon het project toch gerealiseerd worden.

Inmiddels liggen de lopers er meer dan de tien jaar die ze het minimaal moesten volhouden. Ik bekeek ze nog eens op een mistige dag. Door weer, wind en stof zijn de kleuren enigszins verschoten en zijn de stenen ietwat verzakt. Alles is nog wel herkenbaar en intact, op één deurmat na, die in de Bonairestraat. Die is, kennelijk na een ingreep in het plaveisel, verdwenen. Het zou niet al te moeilijk moeten zijn om die terug te leggen. Misschien is dat een “goed idee”?


Henk Puts


Meer over Gabrielle Kroese op haar website


Deze tekst verscheen in Korrespondent 2011 nummer 6, als dertiende aflevering van een serie over kunstwerken in de Korrewegwijk